Inspiratie van de ECB-klimaatstresstest

Verleden week publiceerde de ECB de resultaten en de methodologie van de klimaatstresstest. Dit was erg interessant. Het is een heroïsche exercitie uitgevoerd met een militaire precisie en een horizon van dertig jaar die maar liefst 4 miljoen bedrijven en 1600 banken omvat. Hoe kunnen beleggers zich door deze stresstest laten inspireren?

De ECB onderkent, zoals inmiddels gebruikelijk is bij de beschrijving van klimaatrisico’s, twee soorten risico’s: transitierisico’s en fysieke risico’s. Transitierisico’s zijn risico’s die ontstaan door regelgeving. Die leidt ertoe dat bedrijfsmodellen verzwakken of verdwijnen, met alle schade van dien. Fysiek risico, het woord zegt het al, gaat om fysieke schade aan gebouwen, productiemiddelen en land als gevolg van klimaateffecten, waardoor de waarde daalt. De conclusies van de klimaatstresstest hebben al in de krant gestaan en zijn in het rapport na te lezen. Daar ga ik verder niet op in. Belangrijker om over na te denken zijn de relevantie en de vervolgstappen.

Is deze stresstest interessant voor institutionele beleggers?

Zeker, zou ik zeggen.

Ten eerste omdat de potentiële effecten van het klimaat op de waarde van beleggingstitels gigantisch zijn.

Ten tweede omdat deze stresstest, met al zijn voorlopige onvolkomenheden, een heel goed denkraam en fundament biedt voor verdere vingeroefeningen. We kunnen erop doorbouwen.

Ten derde omdat wat er nu in bankenland qua regelgeving gebeurt, ook binnen enkele jaren in verzekeringsland en assetmanagement gemeengoed zal zijn. Althans, dat leert de ervaring in andere regelgevingsdomeinen.

Ten vierde omdat deze ECB-exercitie leert wat er allemaal nodig is aan data om een behoorlijke inschatting te maken van de effecten van droogte, temperatuurstijging, overstromingen van rivieren en stijging van de zeespiegel.

En ten vijfde omdat het zomaar zo zou kunnen zijn dat de mensen – van de Economist bijvoorbeeld – die beweren dat klimaatrisico onderbeprijsd is, gelijk gaan krijgen.